Bibliotheken en het online leven in April 2010

1 Reactie

Een koude Pasen en een hete Vulkaanuitbarsting in  IJsland : dat laatste was  een drama voor het vliegverkeer, maar het levert mooie plaatjes op.

Bibliotheek

April, de maand van de congressen: U Game U Learn is gehouden zie blogs van Michael Edson en Blogpartyned. En ikzelf mocht, met nog 8 andere Nederlandse collega’s naar de emtacl10 in Noorwegen.
De CIL2010 was deels te volgen via tweets en de lifestreem. Paar quotes die ik opgepikt heb:

Marshall: we live in a post-metadata age
Peter Webster: Put everything on Google if that’s where People want to Search
In the digital age, everything is saved and little is preserved

Sommige collega’s worden door het werk voorgehouden dat werk=werk en privé=privé …  Die P&O afdelingen hebben a) het nieuwe Werken niet begrepen,  b)  niet begrepen dat een goede informatiespecialist eigenlijk een soort huisvrouw is: je werk is nooit klaar.
Streven wij naar ander imago komt Keith Richards met: It’s only books n shelves but i like it.
Verder van / over bibliotheken:

Databases

  • ACM digital library heeft een bar slechte uitvoer naar RIS. De gevonden items daar plak ik in Scholar, of in Scopus en voer ze dan via een Direct Export in Refworks in.
  • Scopus geeft tegenwoordig na een search alert ook de verwijzingen in die alert die nog niet in Scopus stonden. Ze staan op je scherm, maar je kunt er niet op klikken of ze via output bewaren. Prima dat ze die geven, maar buitengewoon irritant dat je ze niet kunt inlezen in een Reference manager systeem
  • Has EBSCO become the new evil empire?

Google

Online leven

Kopieerbescherming verpest vertrouwen in de markt, maakt boeken instabiel, schoffeert consumenten en levert auteurs niets extras op

Research / citaties

  • Biomedexperts  Explore & expand your personal scientific network
  • Scientists Embrace Openness (Science)   ‘challenge of opening up your data
  • Je kunt een RSS feed in Refworks plaatsen (een Scopus alert bv) en dan de records vandaar inlezen… dat is gemakkelijk! Je hoeft ze niet automatisch in te voeren: kun je ook weer selecteren, daarmee is het beheersbaar. Maar in de praktijk werkt t toch een beetje raar: hoe kun je nu die feeds op ‘gelezen’ zetten als je ze niet wilt inlezen? Daar is geen opdracht voor.  En hij leest er altijd 21 in, dat is ook raar. Misschien voorlopig toch maar met ‘gesavede’ zoekacties uit Scopus blijven werken
  • Rapport Veerman: Nederlandse wetenschap mist aansluiting wereldtop Maar waarom staat dat rapport niet online?

Web 2.0Happy foursquare day

Zoeken

Pluim

Twitter en Web 2.0 topics in November 2009

2 Reacties

Bijna einde van het jaar en het het wordt weer tijd voor de lijstjes: je kunt bijv Stemmen op het meest irritante woord. Onze Taal heeft het woord ‘Twitteren’ tot woord voor 2009 uitgeroepen.
We Like Lists Because We Don’t Want to Die zegt Umberto Eco in een Der Spiegel interview. De hype qua lijsten in november was natuurlijk de Twitterlist-optie die eind oktober is uitgerold: die lijsten kunnen erg handig zijn, maar soms hebben we er bedenkingen bij.  Phil Bradley Lists of Twitter users; a few thoughts bijv. Een aantal maakt zich zorgen over de spam mogelijkheden, maar dat is nogal overdreven, want je kunt niet naar een lijst spammen. En dat lijsten niet compleet zijn:  op allerlei manieren worden allerlei zaken toch al getagged en in lijsten bijeengezet gezet, dus waar maak je je druk over.  Aan de andere kant: de lijsten zijn een paar uur uit de lucht geweest, en er wordt toenemend gespammed…

De nieuwe Retweet functie is heel raar: als je op het icoontje klikt, zit de tweet niet in je eigen ‘stream’, maar als je op ‘jezelf’ klikt zie je hem wel. Je kunt de tekst niet wijzigen (wat je vaak wel wilt), dus het nut is erg beperkt. Hinderlijk is het zelfs dat je deze Retweets van ‘friends of friends’ ook krijgt: dat vervuilt je inbox aardig. In de navigatie balk rechts heb je nu ook een link naar die auto-retweets, maar niet naar de handmatige. Gelukkig gebruiken steeds minder mensen de nieuwe optie, en kun je hem uitzetten (per persoon bij degene die je volgt).

Wat ook wonderlijk is: als je ’t Mobiel icoontje bij iemand aanklikt (dat zit daarnaast), krijgt die jouw tweets op diens mobiel, niet jij die van degene die je aangeklikt hebt (wat je zou verwachten). Misbruik loert, maar gelukkig werkt het niet goed 🙂 . Je kunt het wel zelf uitzetten als je berichten krijgt, maar het is me onduidelijk of je daarmee alle berichten uitzet: voor degene die het aangeklikt heeft blijft het  gewoon staan.
Ik had liever een mailknopje onder de tweets gehad: dat heb ik wel eens nodig als ik iemand op iets wil attenderen.

Verder over Twitter:

Web 2.0

Sociale netwerken zijn de nieuwe filters Frankwatching over ambient awareness . Zie ook Social networks as information filters (Headshift) en ik kan t alleen maar beamen.  Why I Wouldn’t Accept $25k To Stop Using Google Reader zegt Louis Gray: ik zou GR ook niet graag willen missen, maar anderzijds is 25K ook niet mis…

In fact, Americans who use such technologies have larger and more diverse “core discussion networks” than those who don’t – and their networks also appear to be more diverse.

De google / zoek items die me opgevallen waren heb ik al gepubliceerd, en de bibliotheekzaken volgen …

NVB09 : Lilia Efimova over blogs en kennismanagement

3 Reacties

Lilia Efimova werkt als onderzoeker bij Novay (voorheen Telematica instituut). Passion at work:  blogging practices of knowledge workers is de dissertatie die ze pas geschreven heeft. Uit het programma:

Weblogs zijn de TomTom van de organisatie. De komst van web 2.0 is niet alleen een belangrijke sociale ontwikkeling, maar heeft ook gevolgen voor de manier waarop organisaties omgaan met kennis en informatie.  Blogs kunnen behulpzaam zijn bij het formuleren, ordenen en delen van gedachten. Bloggen zorgt ook voor een verandering is de manier waarop informatie stroomt.

Lilia Twittert ook!

Bloggen op het werk: wat moet je weten, wat voegt het toe, hoe het te faciliteren.

Bloggen = personal space in public.

Je kunt het voor aantal doelen gebruiken

  • publiceren in de wereld
  • conversatie met jezelf (dagboek aspect) : informatie waar je op terug kunt komen, persoonlijk kennis database
  • distributed interactie

Als interactie tool lijkt het eigenlijk niet zo handig, maar het laat toe dat je die 3 delen tegelijkertijd doet.

Waar zijn blogs goed voor: sociale kant van bloggen

1. tasks that match

  • enabling work : small bit that do nog fit : soort parkeerplaats voor stukjes waar je later nog wat mee kunt,
  • traces over time: hoe ontwikkelen zaken zich,
  • feedback and reputation

2. reading is a choice: email is dwingender, writing is enticing

3. time and effort: wie leest wie, relaties ontwikkelen zich, google ranking

4. peronally meaningful uses. Je wie niet of iemand je leest of niet, toch is het wel prettig als je een toegevoegde waarde vindt in dit soort dingen, ook al leest niemand je.

Passion at work: waarom eigenlijk een proefschrift als je alles toch ook op je blog kunt zetten?

  • transparency
  • abundant fragments: overal zijn er fragmentjes, die zijn wel verbonden, maar je hebt wel iets nodig hoe je weet wat waarde heeft
  • routines matter! voor veel bloggers is bloggen als ademhalen: het helpt je denken

KM perspective

  • ideetjes, conversaties, relaties
  • work in proces,
  • focussen op dingen die niet urgent, maar wel belangrijk zijn
  • juist rare mensen die op je weblog komen kunnen je op ideetjes brengen die je nog niet had
  • distributed apprenticeship: leren van het wekrproces.

Freedom and ownership, no business targets!  Als je bloggen meet volgens de business target wordt het erg moeilijk,

Ecosystem of bits and people : als je faciliteert , zorg voor een heel systeem,

  • readership: hoe begin je met bloggen? Ga er eerst een stel lezen
  • broadest possible reach. Lang niet alles binnen een bedrijf is confidentieel: als het in het openbaar kan., doe dat dan!
  • visibility via indexes en zoekacties: je bent vindbaar en zichtbaar
  • zorg voor tool om de feedback te monitoren, juist als je zo’n infrastructuur hebt opgezet is het belangrijk dat dat bewaakt wordt

Wees erop voorbereid dat er onverwachte dingen gebeuren.

Voor het management:

  • vertrouw op mensen, maar je moet wel coachen vooral met het oog op de zichtbaarheid
  • resources: mag je tijdens werk bloggen, en toon waardering
  • integratie en hergebruik

Vraag: wat vind je van interne blogs?

Antw: grote organisaties hebben wel genoeg lezerspotentieel maar bedenk wel dat je in een bedrijf  een andere sociale omgeving hebt dan in de ‘grote wereld’.   Soms kan een weblog ook wel eens niet het beste tool zijn, maar kun je beter een wiki of forum gebruiken

——–

Presentatie

IDB09: TicTocs in de WUR catalogus en nog wat

Laat een reactie achter

tictocsPeter van Boheemen vertelt over TicTocs in de WUR catalogus. Via Wowter hebben we natuurlijk al met jaloerse blik die verhalen gevolgd.  (Improving journal records in our catalogue)

TicTocs is een website waarop je een RSS abonnement kunt nemen op de inhoudsopgaven van tijdschriften: een fantastische service. Maar helaas zitten bijna al mijn abonnementen bij een andere provider dan waar zij ze vandaan halen en tot nu toe kon je die niet aanpassen, dus ikzelf heb er voor mijn praktijk niet zoveel aan. Benieuwd of ze dat in Wageningen hebben opgelost.

Een van de zaken die ik eigenlijk ook wel tegenkom is dat de onderzoekers helemaal niet zo vaak RSS gebruiken als handig voor ze zou zijn: wie weet is dat op te lossen door die in de catalogus te integreren… ben benieuwd.

Peter is ook op Twitter: His masters vocie zelf nu .

—-

Samenwerken aan innovatie: we leven  in wereld van convergentie, we gaan steeds meer ding n op dezelfde manier doen. Eigenlijk zonder dat er standaarden worden bedacht, gebeurt min of meer vanzelf.

TicToc site 13.000 URLs van RSS feeds verzameld bij JISC ( = engelse Surf). zitten eigenlijk op verkeerde plek, nl niet waar je gebruikers zijn. Zou handig zijn om dat in je catalogus te krijgen.  Bill Dueber vond dat ook al, maar die had liever een textfile.

code4lib actief sinds 2006 (bibliotheek automatiseerders) discussielijst die heel actief is daar schreef Terry Buckenll over die file en waar je die kon vinden.

Maar Peter wilde toch graag een API.  In Wageningen hebben ze een CMS in XML vorm waar van alles inzit: lenersbeschrijvingen, bibliografishe records abonnementen etc. Als je dat in XML stopt wordt dat in API beschikbaar. Als je dus die textfile daarin stop krijg je een XML terug. Daar kun je op zoeken: toc = dit en dat  nummer bijv. Dat kun je combineren met bibliografisch record. Als je dat via stylesheet presenteert aan gebruikers ziet dat er netjes uit.

RSS services from journals in library catalog

Tamelijk eenvoudig te ontwikkelen, maar om dat te implementeren was dat nogal gedoe, veel discussie bv over hoe te tonen.  Daniel Forsman die in Zweden ontwikkelt was erin geïnteresseerd en deed daar ook zoiets. In zijn catalogus (Aleph) ziet dat er anders uit. (Rss knopje laatste inhoud bij de titel)

Leasons learned: iets ontwikkelen is sneller dan iets implementeren

Maar er is meer toe te voegen aan catalogus via APIs van anderen:

  • Bookcovers in catalogus tonen via Api call naar Amazon (daarna Google books). Service is nu jaar oud. Google heeft neiging als je API veel gebruikt  je acties als virus aan te merken en dan houdt t op. Moet je iets anders bedenken. Alternatief voor ISBN = OCLC nummers (PPN).
  • OCLC nummer zou Pica gaan genereren: heeft dat alleen voor WUR gedaan waarschijnlijk, werkt nu niet meer, zo kun je ook naar bookcover zoeken op basis van die titel
  • Bookmark opnemen bij je bibliografisch record in Delicious etc
  • Link naar blogger maken, zodat je meteen blogpost kunt maken (he, waarom niet ook wordpress ?

Andersom:

  • SFX van ex libris: als je in SFX zit kun je ook in catalogus zoeken, met linkje naar bibliotheek waar titel te vinden is
  • Opvragen via SFX als t in ander filiaal staat of  fotokopie
  • Opslaan bij MyResources: alles wat een openURL heeft
  • Link naar wikipedia pagina vanuit record via thesaurus

Nodig:

  • data uit systemen bruikbaar maken voor API calls
  • integratie vanuit alle systemen mogelijk maken (AquaBrowser is bv te gesloten, kan alleen door leverancier aangepast worden)

Extraatje:

  • Wolfram Alpha is er nog niet eens en wordt nu al grootste sensatie van internet genoemd
  • Hij laat filmpje zien YouTube – MM61: What’s Bigger and Better than Google?
  • Verschil met Google is dat ze niet zozeer internet afcrawlen maar veel handwerk doen: veel data gegevens verzamelen. Zijn met honderden mensen bezig.
  • YouTube – A Sneak Preview of Wolfram|Alpha geeft wat vage beelden van hoe het eruit gaat zien. WA geeft de ‘facts’ van bepaalde dingen in een overzichtspagina zo te zien waar je dan weer op kunt inzoomen (gevaar natuurlijk wel: wie bepaalt de inhoud van die facts…)

Ze zijn met 9 mensen daar op de ICT afdeling.

Vraag:

  • jullie zijn met veel, maar hoe moeten andere bibliotheken met APIs om gaan
  • andere bibliotheken hebben vaak producten van divers leveranciers en dan ben je veel tijd kwijt om lijntjes daartussen te bouwen, maar dat kan wel. Vaak zitten die mensen op diverse afdelingen.
  • hoe kun je verifiëren of die gegevens in Alpha wolfram betrouwbaar zijn
  • zie filmpje discussie achteraf: ze gaan van gereputeerde databronnen uit (jaja…)
  • hoeveel mensen maken gebruik van de RSS feeds?
  • weten we niet

Zucht, waren alle ICters maar zo bereid mee te denken met de bibliotheek …

Bibliotheekontwikkelingen in februari 2009

2 Reacties

Deze maand is er wel heel veel gebeurd in bibliotheekland, zoveel dat ik niet eens wacht tot de maand over is en nu alvast met mijn overzichtje kom:

Website
Er zijn bijna tegelijkertijd twee aardige artikelen verschenen over de bibliotheek website:  Web Design Matters : Ten essentials for any library site ( Library journal) en Steven Bell schreef wat minder positief, maar wel herkenbaar: The Library Web Site of the Future‘ .
Het is duidelijk dat we veel meer naar de gebruikers toe moeten, daarvoor worden ook experimenten ondernomen als het inzetten van Twitter en weblogs:  Library 2.0: Extending reach through blogging and Twitter .

Bibliotheek
Uit het soort imago rapporten als  ‘De bibliotheek als een oude leunstoel in het bos met een kopje koffie in de hand‘ (Cubiss ondervroeg Hyvers) blijkt dan ook weer dat sommigen de bibliotheek als ouderwets zien en anderen juist als modern.. tja, wat moet je ermee. Misschien is het wel een prachtig uitgevoerd onderzoek, maar ik  krijg er wat kromme tenen van.
Dat de bibliotheek tegenwoordig heel wat meer kan zijn, lees je ook uit social libraries:the next generation of knowledge management.
Als je dan geen fysieke leeszaal (meer) hebt, zou je er  ook een virtuele van kunnen maken, zeggen Michael Sutherland and Jason Clark in een pittig artikel in Computers in Libraries: Virtual Journal Room: MSU Libraries Table of Contents Service.
LibraryThing heeft wat grappigs bedacht: ze geven een aantal boeken weg, je kunt er om vragen via  Member Giveaways. Leuke manier om klanten binnen te halen. Wilma attendeerde op een aardig bibliotheekpromotie filmpje van Center Ceramique te Maastricht:  Heb je wel eens aan de bibliotheek gedacht? Nee, hoezo? ‘Je hersens groeien in de bibliotheek’ 🙂 .

Catalogiseren
De Guardian verwijt OCLC niet helemaal terecht: ‘Why you can’t find a library book in your search engine‘ .
Het einde van het GGC werd al beetje ingeluid door het vrijgeven van WorldCat, maar nu hebben we :  ‡biblios.net, the world’s largest database of freely-licensed library records’ .
En wat doe je met open Access tijdschriften in je catalogus: er is immers meer dan alleen DOAJ…  Dealing with Free E-Journals: Are they worth the effort? (een PPT van de ALA).
Misschien zie ik het verkeerd, maar het lijkt mij onhandig om geïsoleerde acties als ‘SIGIR Digital Museum of Information Retrieval’ op te zetten, en dan ook nog in zo’n raar formaat, hoe plezierig ook dat het beschikbaar is gekomen. Maar daar hebben vast knappere koppen dan ik een betere mening over.
De ARL Digital Repositories Task Force heeft een eind rapport opgeleverd: The Research Library’s Role in Digital Repository Services.

Internationale ontwikkelingen
In België zijn er ook veel uitgebreide initiatieven: de Belgische KB bijv. Al oogt die website  wat saai en zet de afdeling ‘Kranten’ je wel op verkeerde been: zijn dus alleen hele ouwetjes, geen recente. Dat mag uiteraard niet vanwege de licenties en zo, maar toch.
Daarnaast is er Bibnet opgericht, de  presentatie daarvan is aangekondigd in Van digitale bibliotheek naar Bibnet.

In de UK (+Ierland)  is de Copac library catalogue opgericht: een samenvoeging van de catalogi van de universitaire, grotere speciale en nationale bibliotheken, waaronder ook de British Library. Ze hebben ook een Twitteraccount.

Werken
Positieve geluiden over het werken in een bieb: diverse blogs (Moqub, Laika en Laika bv) hebben al aandacht besteed aan het feit dat bibliotheekpersoneel er nog niet als zodanig hoeft uit te zien, en de New York Times schrijft een feel-good artikel: In Web Age, Library Job Gets Update: the future of reading.
We mogen er dan wel niet als zodanig uitzien, een beetje typisch zijn we wel: ik stuitte op een weblog ‘geweid’ aan catalogus tikfouten.: Typo of the day for librarians.
Will Sherman schreef een artikel met 33 redenen waarom bibliothecarissen nog steeds buitengewoon belangrijk zijn:  Are Librarians Totally Obsolete? Een belangrijk artikel dat de huidge DIY tendens wat relativeert:

The notion that libraries are a thing of the past and that humankind has sprouted wings and flown into a new era of self-guided Truth is nothing short of farcical. Unfortunately, it’s this same notion that could lead to the dismemberment of libraries as stuffy and out-of-date.

Open access
De UKB had al in oktober 2008 een rapport uitgebracht dat ik toen gemist heb: Open Access in Nederland: de volgende stap.
De UK Serials group geeft full-text toegang tot: The E-Resources Management Handbook met een aantal aardige artikelen bijv over impactfactoren, licenties, marketing en een aantal interviews oa met Stephen Abrams.
Nestor (Network of Expertise in Long-Term Storage of Digital Resources) heeft een newsletter waarvan nr 16 net is uitgekomen
Informatie Professional berichtte over de SLA prijs die Richard Lalleman heeft gewonnen. Heel mooi natuurlijk, maar ik vraag me wel af: als je content niet vast wil leggen (in wiki bv) hoe dat dan borgen?  Benieuwd naar de FullText, die was nog niet beschikbaar.

Poken, Twitter en andere Web 2.0 ontwikkelingen in januari 2009

2 Reacties

Een hele maand Twitter berichten samenvatten is wel wat veel. Daarom haal ik deze selectie er maar alvast uit: wat is me de (bijna) afgelopen maand zoal opgevallen  op Web 2.0 gebied?

Poken was het woord van januari 2009: en ik heb ook een schattig pandabeerpokentje aangeschaft. Niet dat ik denk daar nou 1-2-3 zoveel mee te doen, maar je moet op de hoogte blijven nietwaar?

Waar ik wel problemen mee heb, is dat je op die site niet alleen de sociale netwerken in moet vullen, maar ook al die wachtwoorden. En  ik vertrouw de sites die dat willen niet helemaal, het gaat een beetje tegen mijn principe in om dat te doen, maar je moet wel, anders werkt het niet.
Lijkt me chantage, maar ja.

Zie hierboven mijn digitale visitekaartje.

Web 2.0:

Je wordt een beetje doodgegooid met allerlei Twitter artikelen en applicaties en de meeste sla ik over, maar ik wil er wel een paar uitlichten:

  • Twitter berichten kun je ook in de WWW van Hyves laten invoeren. Vanaf half januari worden @replies er uitgefilterd: dat is wel plezierig, want die zeggen een ander niet zoveel, en dat ziet er ook wat raar uit
  • Twingly is een ‘ federated microblog search‘:  zoekt in Twitter, Jaiku, Identi.ca, Bleeper.de, Bloggy.se en Pownce
  • Twello is een zoekmachine voor Twitter:  daarin kun je op naam zoeken of via categorie. Toen ik het probeerde en naar mezelf zocht gaf-ie als mijn recentste tweets de berichtjes die al twee dagen oud waren! Je kunt jezelf aan de lijst toevoegen door ‘Get yourself listed’ aan te klikken, maar toen ik dat deed zei-ie dat-ie me al kende en vervolgens kwamen de nieuwe tweets wel door … Evengoed zoekt het systeem niet in mijn bio: als informatie specialist word ik niet gevonden, het is in elk geval niet volledig
  • Mooie visualisatie: Twitter friends network (en je hoeft geen password in te toetsen)
  • Social networks that matter: Twitter under the microscope Artikel in First Monday. De interactie valt nogal tegen blijkt eruit. Eigenlijk is dat ook wel mijn ervaring: zoveel reacties op vragen krijg je niet
  • Tweetvisor : ook weer zo’n applicatie waar je je password voor moet geven.  Je kunt hiermee ook op multipele accounts inloggen. Het ziet er gelikt uit, maar ik sla ’t maar even over.
  • Er is een hele wiki opgedoken met ‘Twittering libraries’, en informatie waarom je dat zou kunnen doen.
  • Een van die bibliotheken is de Library of Congress: ze twitteren nog paar pas en hebben nu al meer dan 1200 followers. Je weet natuurlijk nooit zeker of er ook echt de juiste  persoon / organisatie van die naam achter zit, maar op hun eigen blog via de echte website kondigen ze het aan, dus zal het wel kloppen.

(Excuses voor de vele tikfoutjes in de eerste versie: te snel op publiceren geklikt, en dan gaat de RSS uit (bloos)  )

15 maanden Twitter ervaring

6 Reacties

In september 2007 ben ik begonnen met Twitter: aanvankelijk alleen om te zien hoe het werkte en zag er toen nog niet zoveel in.  Er waren ook nog erg weinig bekenden die ook een Twitter account hadden, en een groot deel van het nut / de lol, wordt bepaald door het groepsgebeuren, ofwel ‘it’s more fun with friends‘ zoals Blip.fm, mijn favoriete Twitter-muziek-variant zegt.

In oktober ging ik naar een promotie van iemand aan de UvA en daar was geen wifi, dus een life blogverslag kon ik daar niet van maken. Toen heb ik geprobeerd daarvan via Twitter verslag te doen met SMSjes per mobiele telefoon en dat viel nog niet zo mee, maar het gaf toch aan dat daar wat zat. Enfin, het aantal gebruikers groeide snel en tijdens de ILI vorig jaar in Londen en het NVB najaarscongres ben ik Twitter wat meer gaan inzetten, en de potentie ervan gaan zien, en dat neemt eigenlijk alleen maar toe.

Tijdens het NVB jaarcongres in november 2007 zei Molenaar (of  MacKenzie Owen, wie was er om 12.10 aan ’t woord ?) nog dat hij weinig in Twitter zag, en dat sommigen Twitterden om te laten merken dat ze leefden ‘Twittero ergo sum‘ grapten we toen tegen elkaar via de Tweets. Zo’n soort opmerking komt nogal eens terug, o.a. in:

Twittersong:  Ben Walker: You’re No One If You’re Not On Twitter

Twitter zelf is nog steeds tamelijk eenvoudig, dat is ook de kracht, maar het aantal mash-ups, applicaties en wat-niet-al neemt enorm toe.  Zoeken kun je bijv via Summize (Search Twitter), maar die gaat maar 6 maanden terug. Op een zoekactie daarin kun je weer een RSS feed nemen, enzovoort. Een aantal toepassingen hebben we op de Nlbiblioblogs -tips pagina verzameld, maar er zijn er veel meer en er komen er per dag bij.  Zie ook TwiTips : weblog met tips, ook veel info voor beginners.
Ze zouden trouwens wel een aantal eenvoudige verbeteringen in de basis kunnen maken zodat het een interne zoekfunctie krijgt, het zoeken naar andere accounts werkt en het gemakkelijker wordt meerdere berichten te verwijderen.

Gebruik
De berichtjes (Tweets) kun je via SMS versturen en ontvangen: nou dat ontvangen heb ik heel snel afgezet, want dat stoort wel heel erg.  Versturen doe ik een enkele keer via SMS, maar meestal gewoon via het web.  Tweetdeck heb ik wel geprobeerd, maar daar geef ik niet om, en aparte FireFox plugins wil ik liever niet , want ik werk steeds met andere computers.
Ik werk over meerdere computers tegelijk en ben gewend heel veel Tabbladen open te hebben: tegenwoordig heb ik vaak wel ergens een tab met Twittter open en bekijk ik de berichtjes als er weer eens iets traag werkt 😉 .

Accounts
Aanvankelijk had ik drie accounts: een voor mezelf privé, een voor mijn vak-tweets en een voor mijn werk.
Die voor mijn werk bestaat nog steeds apart: daar laat ik via Twitterfeed Nederlands wetenschappelijk nieuws in inlopen, gebaseerd op een zoekactie in Google nieuws, en een paar andere RSS feeds. En vul dat af en toe aan met administratieve opmerkingen over openingstijden en aanwinsten: het resultaat daarvan is de Nieuwspagina op onze bibliotheekwebsite. Een hele andere toepassing en voor extern niet interessant.

Mijn privé en ‘werk’ loopt zo door elkaar dat ik die vak-tweed account op een gegeven moment maar bij mijn privé site heb gevoegd: steeds in- en uitloggen is ook vervelend, dus heb ik nu sinds begin september een enkel Twitteraccount:

Dymphie Dymphie

Waar doe ik het voor / Waarom zou je het doen?
Er zijn allerlei redenen die je kunt hebben om te Twitteren, zowel persoonlijk als zakelijk, in willekeurige volgorde:

  • omdat het kan
  • om stoom afblazen (maar daar moet je natuurlijk wel voorzichtig mee zijn, want alles is openbaar, en eenmaal op het net blijft het er ook)
  • om deel nemen aan een groepsproces
  • voor het delen van informatie tijdens een congres / bijeenkomst / vakantie
  • om vragen te stellen / antwoorden krijgen (hoewel dat erg afhangt van je netwerk)
  • om op de hoogte blijven wat er gebeurt
  • om aantekeningen voor jezelf maken
  • voor de lol
  • om nieuws te lezen (over veel nieuwtjes wordt al heel snel bericht in de Twitterosfeer)
  • om na te gaan of er een storing is
  • om tips te geven en krijgen over interessante artikelen / websites
  • voor snelle emails: iedereen met een Twitter account kun je een kort berichtje sturen zonder z’n email adres te weten

Twitter wordt ook steeds meer ingezet als ‘business tool‘: je kunt via handige zoekacties in Summize nagaan hoe er echt over je dienst / product / organisatie wordt gedacht. Een paar onlangs verschenen artikelen:

Tijdens bijeenkomsten kun je onderling gemakkelijk contact houden, het voegt wat toe aan de belevenis van die bijeenkomst, er kunnen grappige effecten bereikt worden via de Twitterfontein en via een zoekactie in Summize blijf je op de hoogte van alles wat er gebeurt. Een aantal mensen zegt dat vragen sneller via het Twitter netwerk worden beantwoord dan via Google: Stephen Fry had tijdens de Oscar Wilde Day in 2 uur tijd meer dan 500 quotes verzameld.
Via Twitterfeed kun je andere RSS feeds laten inlezen in je Twitter: daar ben ik maar heel beperkt enthousiast over.  Delicious items bijvoorbeeld en Blips wil ik liever  niet als Tweet lezen, ook niet die van een ander. Nieuwe blog-items kan weer wel, als het niet teveel is: alleen maar blog-items in Twitter is niet prettig, die zie je toch al in je reader als je dat zou willen.  Al met al verdubbeld de info zo wel. Maar ja: ikzelf heb naast deze weblog ook een Tumblr log: daar zet ik quotes uit artikelen of carfoons in en die laat ik weer wel inlezen als Tweet 😉 .

Groei
Twitter groeit gigantisch op het moment: als echt de hele wereld gaat Twitteren neemt de functionaliteit misschien ook wel af:  op een gegeven moment is dat natuurlijk gewoon teveel om te behappen.
Er is ook nog een andere kant aan: Erwin Blom zei tijdens de OCN dat er een scheiding is gekomen tussen zijn echte vrienden die niet en zijn followers en/of vrienden die wel twitteren: van sommige vage bekenden weet je meer dan van goede vrienden die je maar een paar maal per jaar ziet. Dat is een fenomeen waar ik ook last van heb: de meesten van mijn ‘echte’ vrienden Twitteren helaas niet.
Aanvankelijk lag het systeem door de enorme groei vaak plat, maar sinds de Amerikaanse verkiezingen is dat nog zelden het geval.

Berichten / archief
Je kunt berichten verwijderen, maar dat heeft weinig zin want dan zijn ze alleen uit je eigen archiefpagina’s verwijderd: op het internet blijven ze gewoon staan en via de zoekmachines zijn ze ook nog te vinden.
Elk account heeft nu 160 pagina’s archief: dat zijn 3200 berichtjes. Het is een beetje onduidelijk of de oudere berichten ook echt weg zijn.
Door de aard van deze toepassing is het weinig zinvol je erg onder schuilnamen te verschuilen: privacy is er dus eigenlijk niet, maar dat speelt overal op dit moment.
Vorig jaar bewaarde ik de berichtjes zelf op mijn eigen harde schijf, maar dat is ondoenlijk. Ze zitten ook in mijn  Feed reader, maar als ik ooit wijzig ben ik ze kwijt. Rond april  had Twitter zelf hele maanden berichten gewist, en daar ik ze ook voor mezelf als aantekening gebruik heb ik bedacht dat ik ze per maand zou gaan verzamelen in een logje: althans die berichten die de moeite enigszins waard zijn. Dat is meteen een reflectie op de maand met wat daarin gebeurd is, wat ik gelezen heb en soms wat er daarna gevolgd is of hoe ik er later over denk. En ze zijn vindbaar via de zoekmachine op de weblog. En dat is wel even werk, maar bevalt me heel goed.

Followers.
Je volgt zelf mensen en mensen kunnen jou volgen: gelukkig heten ze hier geen ‘vrienden‘ . Aanvankelijk kon je een RSS abonement nemen op jezelf + degenen die je volgde, dus toen las ik de berichten in mijn reader. Helaas kan dat nu niet meer, en dat is erg jammer. Voor mijn werk had ik ook en paar verschillende accounts samengevoegd in een RSS feed voor de website, maar dat heb ik moeten ontkoppelen. Via Yahoo! pipes zou dat misschien wel gaan, maar dat moet ik nog uitzoeken 😉 .
In het begin blokkeerde ik rare types en iedereen die meer dan 500 accounts volgde (spammers), maar wat kan het me eigenlijk schelen als ze mijn Tweets lezen … via de zoekmachine kunnen ze er toch achter komen.  Allerlei bekende mensen Twitteren ook, en dat is wel grappig om die te volgen.
Je kunt iedereen die een Twitter account heeft een reply geven: ook al volgen zij jou niet, en jij hen niet. Dat is heel handig als je een kort bericht aan iemand wiens e-mail adres je niet hebt wilt sturen.

Samengevat:
Het is een leuke, nuttige, zinvolle applicatie die nog steeds in ontwikkeling is en zeker ook enigszins verslavend werkt 🙂  .  Eigenlijk wil ik het niet meer missen.
Veel non-informatie komt langs, maar je leert er ook weer heel goed filteren van, en dat is een kerncompetentie in ons vak… toch?

November 2008 aan de hand van de Tweets

3 Reacties

Sociale media worden steeds belangrijker: voor de verkiezingen in Amerika was in de Twitter community veel aandacht, een aantal verontruste NVB-leden heeft een wiki en NVB2.0 (yes!) opgericht, de Fobid studiedag was via Twitter en Ustream te volgen.

Gmail heeft thema’s ingevoerd: grappig is wel dat je een woonplaats moet invoeren en aan de hand daarvan een andere invulling van het thema krijgt: ‘bus stop’ is in Australië zonnig en in Amsterdam regenachtig 😉 .

November werd privé overheerst door het afscheid van onze hond Polly en verder door het gedoe op mijn werk over de toekomst van onze bibliotheek (zo’n langdurige onzekerheid is niet goed voor een mens).

Zo’n terugblik op de maand bevalt me wel, zie hieronder wat in de filter is blijven hangen en mijn kijk er nu op:

Bibliotheek

Google

Internet

Lezen / Wetenschap

Twitter

  • OpenID van myvidoop (voor Twitterfeed verplicht): vergeet niet om ‘this is my computer‘ aan te vinken bij het aanmelden, anders moet je steeds een registratiecode aanvragen
  • Twitter Gives Japan Groups, Turns Delete Off Briefly.  ReadWrite Web. Er was wat commotie over het (tijdelijk) niet kunnen verwijderen van Tweets: maar dat verwijderen heeft evengoed weinig zin, want je haalt ze alleen maar uit je eigen lijst. In de centrale database blijven ze aanwezig en ze zijn dan ook via Summize gewoon terug te vinden. Je kunt daarin wel niet verder terug dan 6 maanden, maar of dat zo blijft is onduidelijk.
  • Problogger klaagde erover dat zijn oude tweets weg waren: je kunt maar een beperkt aantal pagina’s terug in je eigen berichten: het maximum aantal pagina’s is 160: 3200 tweets per persoon. Of ze dan ook echt helemaal weg zijn is natuurlijk ook maar de vraag. Web 2.0 geeft een hoop rotzooi.
  • Qwitter is bad for everyone : Als je qwitter zoekt bij TwitterSearch zie je zo waarom het een slecht idee is: de meesten voelen zich minimaal onprettig na een mailtje dat iemand zich heeft afgemeld als follower. Niet doen dus!
  • Goede tips wat je wel en niet moet doen met Twitter gebruik Mashable
  • Tagthis makes information flow from Twitter to other webapps. Free your tweets! Overigens ben ik niet zo blij met Delicious meldingen in Twitter
  • 10 tips for Beginners who are just getting into Twitter, zie ook de ander Twitter tips van TwiTip

Web 2.0

Zoeken

Gelezen: Shirky Iedereen

8 Reacties

Jeroen zette met op het spoor van het nieuwe boek van Clay Shirky: Iedereen: Hoe digitale netwerken onze contacten, samenwerking en organisaties veranderen‘, de vertaling van ‘Here comes everybody‘. (Boekaankondiging tgv Picnic 08)

Shirky is een bekend schrijver over internet zaken, anderhalf jaar geleden heb ik van hem Ontology is overrated gelezen. Een van de topics daarin was ‘Tags’: door dat artikel bedacht ik dat het misschien wel niet zo erg is wanneer sommigen Paddestoelen zeggen, anderen Paddenstoelen, Mushrooms of Fungi,  laat staan dat Tag systemen een ‘explode’ functie kennen. De meesten willen immers helemaal niet alles over iets vinden, en als je op zoek bent naar homosexuality leg je misschien wel een andere nadruk dan wanneer je zoekt naar gay.

Enfin: nu over de digitale netwerken.
ManagementScope vond het boek tergend oppervlakkig, maar ik vond het heel aardig. Hij schrijft heel vlot leesbaar, met een aantal smeuïge voorbeelden.

Wat termen:

  • de ‘long tail‘ komt voorbij,
  • de disbalans (velen dragen heel weinig bij, een paar wat middelmatig, een enkeling heel erg veel),
  • herdefiniëring van nieuws,
  • iets wat niet efficiënt is kan nog wel effectief zijn,
  • zekerheden van de institutie tegenover waarschijnlijkheid van de grote aantallen,
  • betrokkenheid,
  • nieuwe technologie verandert karakteristieken van oude instituties,
  • revolutie ontstaat doordat maatschappij nieuw gedrag aanleert,
  • six degrees of separation‘ (2 willekeurige mensen zijn doorgaans maar 6 stappen van elkaar verwijderd),

Groepsvorming is iets wat mensen van nature graag doen, en als ze bij elkaar zijn gaan ze communiceren en delen, en al snel ontwikkelen zich afspraken.  Door de systemen van tegenwoordig kunnen snel grote groepen gevormd worden: van mensen die op een bepaald moment al dan niet toevallig bij elkaar zijn (op het moment van de bomexplosie in Londen bijv.), of die een speciale interesse hebben, waar ze zich dan ook bevinden. Vervolgens kunnen die spontaan wat samendoen: foto’s op het internet zetten, of via weblogs met elkaar over allerlei zaken communiceren. De techniek levert slechts het podium: hoe meer je invulling vrijlaat, hoe beter het verloopt, wat bijv te zien is aan Wikipedia. Al te strakke sturing levert eerder mislukking op dan dat dat het proces verbetert: via de digitale organisaties van nu gebeuren er zaken zonder dat het geld kost, en die je als officiële organisatie nauwelijks tot niet voor elkaar zou kunnen krijgen, als je het al zou willen/ kunnen opbrengen.
Mensen willen graag hun krachten bundelen om iets te veranderen in de wereld, en de reikwijdte van de communicatiemiddelen maakt dat eenvoudig en goedkoop mogelijk: sociale techniek neemt barrières weg. En gedeeld bewustzijn maakt dat mensen sneller en effectiever kunnen samenwerken.
Het gemak waarmee nu groepen gevormd worden heeft ook verliezers. Er zijn mensen die hun baan verliezen bijvoorbeeld, maar vaak worden er ook weer -vaak meer zelfs- nieuwe gecreëerd en er is verlies van controle door reactionaire regimes (hoe erg is dat), maar de negatieve aspecten van de vrijheid worden ook versterkt: pro-ana’s, terroristen en criminelen kunnen ze ook gebruiken.

Meer is anders‘: het informatieaanbod is gigantisch, en meer is niet zozeer minder, zoals sommigen zeggen, maar anders, er treden andere mechanismen in werking.  Een gradueel verschil in informatie delen wordt zo groot dat het een principieel verschil wordt, en het economisch effect daarvan is enorm. De groei van netwerken en groepen is onvoorstelbaar groot en snel geworden: iedereen is nu deel van de wereld als geheel geworden, en niet meer zoals voor 2002 onderdeel van een beperktere lokale gemeenschap.
Wikipedia is een proces, geen product, en werkt alleen door de grote getallen. (Doet me ook een beetje aan de Foundation van Asimov denken.)
Een van de belangrijke veranderingen in de huidige wijze van publiceren zit hem in de wijziging van het tijdstip van filtering: wanneer de techniek de beperking oplegt, ligt het moment van filtering voordat iets gepubliceerd wordt, maar wanneer dat niet meer het geval is en iedereen zelf kan publiceren, ligt de filtering na de publicatie.
Over dat filteren heeft hij pas nog heeft hij een aardige presentatie bij Web 2.0 Expo NY gehouden It’s Not Information Overload. It’s Filter Failure. In dit boek heeft hij het over de ‘amateurisering’ van het filteren: misschien ligt daar voor de bibliotheek nog wel een taak.
Een van de zaken die je hierbij ook in de gaten moet houden, is dat je wel van alles op het net kunt lezen, maar dat het niet aan jou gericht hoeft te zijn: dat kunnen filteren -negeren van wat niet je interesse heeft-  is essentieel.  De meeste mensen lezen ook geen krant van artikel 1 op pagina 1 tot het einde, maar kiezen er stukjes uit.

Door de technische wijzigingen vallen de professionele categorieën uiteen: net zo als we ook geen  ‘kopiisten’ meer nodig hebben om boeken te vermenigvuldigen, zullen bepaalde beroepen ook overbodig worden.  Of zal het belang daarvan anders worden. Het effect daarvan treedt niet meteen na het ingaan van een nieuwe techniek op, maar pas na verloop van tijd.  Dat gaat met name voor de journalistiek op – wat is nog de definitie van een journalist –  maar misschien ook wel voor de bibliothecarissen …

Als technieken vanzelfsprekender worden, worden ze onzichtbaarder: bijna iedereen rijdt auto, maar de meesten houden zich niet bezig met hoe een verbrandingsmotor werkt. Nu groeit er een generatie op die geheel doordrenkt is van de aanwezigheid van de digitale netwerken: zij kunnen zich op den duur niet meer voorstellen dat dat ooit anders was, net zomin als wij ons nog nauwelijks een maatschappij zonder telefoon zouden kunnen voorstellen. Hoewel die niet echt onzichtbaar, laat staan onhoorbaar is 😉 .

Elkaar willen ontmoeten is zinvol en leuk: ten onrechte dacht men aanvankelijk dat je door communicatie mogelijk te maken de wens tot reizen zou vervangen: dat is niet zo. Videoconferencing zal nooit alle live bijeenkomsten vervangen en internet is geen vervanging van je sociale leven, maar een versterking ervan. Het is zelfs zo dat er via internet groepen of acties ontstaan van mensen die elkaar juist IRL willen ontmoeten. Soms alleen voor de grap of de gezelligheid -denk aan de flashmobs- maar die techniek kun je ook inzetten als politieke actie: denk aan de arrestatie van de ijsjeseters.
Verder willen Twitterati elkaar nog weleens ontmoeten en heb je de site Meetup waar mensen uit allerlei groepen elkaar kunnen vinden.

Via de vriendenlijnen van sociale netwerken, de zgn ‘kleine-wereldnetwerken‘ –die zowel filters als versterkers van communicatie zijn- kun je  het ‘prisoners’ dilemma‘ verkleinen, omdat je meer reden tot vertrouwen in elkaar hebt en gemakkelijker sociaal kapitaal kunt opbouwen en daarmee een ‘schaduw van de toekomst’ kunt creëren.

Het gemak en de lage kosten maken het experimenteren ook gemakkelijk: heel veel mislukt, maar dat geeft niet, ook niet voor de bedrijven die het faciliteren. Wat ze overhouden is heel veel gratis ‘Trail and error’: ergo kwaliteitscontrole, marktonderzoek. We voorzien op deze manier ook allerlei bedrijven met informatie als: degenen die dit-en-dat leuk vinden, houden daar-en-daar ook van.
Open software projecten, waarvan Linux een maatstaf is geworden, zijn heel populair: de grootste verzameling staat op Sourceforge.net. Ook daar weer: een paar succesnummers, maar driekwart wordt helemaal nooit gedownload. De bedreiging voor de gevestigde bedrijven zit hem er juist in dat open software projecten zo goed zijn in mislukken 😉 . Commerciële bedrijven neigen naar veiligheid en bannen daarmee echte creativiteit uit: voor open sociale systemen geldt dat bepalen wat je wilt proberen duurder is dan het zomaar doen.  Goldcorp (Edwin Blom kwam daar ook mee op de OCN) is een traditioneel bedrijf dat het over een andere boeg gooide en daarmee uit de problemen kwam. Veel waardevolle projecten blijven door de hoge transactiekosten onder de ‘vloer van Coase’.
Ook hier weer de macht van de getallen: als er maar genoeg mensen meedoen kan van alles, ook het meest onwaarschijnlijke, geprobeerd worden en kunnen exceptionele successen ontstaan.  Maar bedrijven nemen om hun productie te maximaliseren (80/20 regel) de ‘regelmatige middenmoot’ aan, en wijzen wisselvallige genieën af.
Wat mislukt verdwijnt snel, maar een succesvol gemeenschappelijk project kan even duurzaam zijn als een commercieel bedrijf.

Succes voor een sociale techniek, of een groep, is een gunstige mix van drie:

  1. geloofwaardige belofte (Waarom),
  2. effectieve techniek (Hoe) en
  3. redelijke afspraak (Waarheen) met gebruikers, of tussen de gebruikers onderling.

De belofte moet niet extreem de ene of de andere kant op zijn, maar moet mensen overhalen om deel van de groep te willen uitmaken. Dat kun je doen door het eerst aantrekkelijk voor het individu te maken en de waarde voor de groep als geheel volgt daarna vanzelf (zoals bij Delicious), of de groep in kleinere clusters splitsen: zodat je kleine kernen vormt in een groot netwerk (MySpace). Veel projecten stranden al op de belofte.
De techniek (Tool) moet afgestemd zijn op het groepsgedrag: als de belofte aantrekkelijk is, maar de techniek niet goed gekozen lukt het nog niet. Het verrassende is dat veel technieken helemaal niet zo nieuw zijn: de belangrijkste toepassing van een techniek komt vaak pas als iedereen ze al kent.
De belofte en techniek moeten effectief zijn, maar het succes staat of valt met het feit of de afspraak redelijk is (denk aan de mislukking Encarta enerzijds en de Diggrevolutie anderzijds). Groepen kunnen zo groot en machtig worden dat hun eisen ingewilligd moeten worden, wil de dienst blijven bestaan.

Om vandalisme tegen te gaan heb je toezicht nodig: in geval van Wikipedia is dat toezicht er bijvoorbeeld door iedereen en omdat de groep zo groot is, kost het veel meer werk om onzin te verkondigen dan om dat weer recht te breien. Bij eBay wordt dat toezicht gevormd door het waarderingssysteem waarmee je reputatie staat of valt.

Binnen een groep is er een spanningsveld tussen tevredenheid en effectiviteit: als een groep het langer dan een jaar uithoudt, is er een redelijke kans dat deze het nog heel wat langer volhoudt, maar uiteindelijk gaat elke groep ter ziele. En als dat gebeurt dan gaat het snel: omdat het moeilijk is die mix van drie goed te krijgen en houden.

De verwachting is dat er over de gehele wereld meer groepsvorming zal optreden en de netto resultaten daarvan kun je als meer positief dan negatief beoordelen, afhankelijk van je instelling. Maar dat er zich een fundamentele wijziging in het intellectuele klimaat aan het voltrekken is, en een toename van vrijheid, is evident.

Inhoudsopgave:

  1. En wie breng je daarvoor mee?
  2. Delen versterkt de gemeenschapszin
  3. Iedereen kan publiceren
  4. Eerst publiceren, dan filteren
  5. Waar persoonlijke motivatie en gezamenlijke productie samenkomen
  6. Collectieve actie en institutionele barrières
  7. Sneller en sneller
  8. Sociale dilemma’s aanpakken
  9. Onze middelen aanpassen aan een kleine wereld
  10. Mislukken kost niets
  11. Belofte, techniek en afspraak

Bibliotheekwerk wordt onzichtbaar

12 Reacties

Ik maak me ernstig zorgen  over het voortbestaan van de bibliotheek. Niet omdat het niet nodig zou zijn, maar omdat we op een of andere manier maar niet over het voetlicht krijgen wat we doen, waar we als beroepsgroep voor staan, mee bezig zijn, wat onze core business is.

Bibliotheek
Ik werk in een wetenschappelijke speciale bibliotheek, daar is de situatie waarschijnlijk anders dan in de openbare bibliotheek, zeker wat gebruikers, users, betreft: onze gebruikers weten ons te vinden en in grote lijnen te waarderen op wat we doen.  Maar het management … dat is een ander verhaal.

Naam
Het feit dat de opleidingen het woord ‘bibliotheek’ uit de naamgeving hebben verbannen omdat het niet alleen om boeken zou gaan (ict afdelingen zien er geen been in om ‘bibliotheek’ te gebruiken voor de software-bibliotheek), en  ‘dienstverlening’ nu ook al niet meer mag, maakt het er voor de buitenstaander ook niet duidelijker op.
Lang heb ik dan ook, eigenwijs als ik ben,  volgehouden dat ik ‘bibliothecaris’ was, maar uiteindelijk ben ik overstag gegaan voor ‘informatie specialist‘. Alleen snapt niemand buiten onze beroepsgroep wat ik daarmee bedoel. En inderdaad: wij hebben het alleenrecht op informatie niet …. Om me heen zie ik ook fancy namen opduiken: de laatste die ik hoorde was ‘productmanager‘, alsof dat duidelijker is .

Huidige praktijk
Ik ben al een poosje aan het worryen over wat ik om me heen zie en hoor en schreef deze post aanvankelijk naar aanleiding van Jan’s oproep:

“De nieuwe bibliotheek verschijnt aan de horizon terwijl de oude bibliotheek nu al door z’n hoeven zakt”

Maar door tijdsgebrek is dat voor die blogkermis toch een andere geworden 😉 .

Om me heen zie ik dat bibliotheken weggevaagd worden in sanerings -i.e. bezuinigings- acties, terwijl men evengoed onderkent dat er te weinig aan kennisdeling, kennismanagement, kortom het echt informatiemanagement gedaan wordt. En dan worden er vanuit afdelingen als communicatie en IT/ICT acties ondernomen die eigenlijk op ons terrein liggen en dan ook vaak tekort schieten, omdat ze vaak te zeer instrumenteel zijn. Het lijkt net of de gevestigde orde managers niet ziet wat wij doen. De gebruikers wel, maar op een of andere manier wordt er wat dat betreft ook niet naar hen geluisterd. Zo zie je dat dure wetenschappers hun tijd moeten besteden aan administratieve zaken, die beter, sneller en efficiënter door goedkopere krachten gedaan kunnen worden. Of, als je bijv denkt aan IBL,  helemaal niet meer gedaan worden, wat uiteindelijk een negatief effect op de kwaliteit van het door hen verrichte werk zal hebben.
Waar hebben we een bibliotheek voor nodig: al onze eigen spullen staat toch op het intranet roepen de managers: misschien, maar als dat zo is, wie zet dat dan daar? Ik hoorde al dat ‘men’ denkt dat de medewerkers dat zelf wel zullen doen,  … nou …

Nieuwe media
Ben je wel bij de tijd met je bibliotheek? Wat web 2.0 betreft: ik hou mijn zaakjes wel bij, maar word in de toepassing daarvan voor de bibliotheek belemmerd door de firewall, waar sommige programma’s helemaal niet  (Netvibes, LibraryThing, RefWorks), of maar gedeeltelijk (Twitter, Delicious, Meebo) doorheen komen. Of door de structuur van het netwerk die belet dat je toolbars gebruikt, of je weblog alleen in HTML en niet in WYSIWYG laat opmaken, waardoor samenwerking met collega’s bemoeilijkt wordt. Of door de ICT afdeling die maar geen netwerkversie van RefMan of Endnote installeert.
De bibliotheek kan zo niet leveren wat ze eigenlijk in mijn ogen zou moeten en kunnen, verdwijnt weer een beetje meer uit beeld en een en ander heeft tot gevolg dat bij de afdeling communicatie een nieuwe functie kan ontstaan voor iemand die zich bezig houdt met ‘nieuwe media’ en vervolgens weer bij mij komt met opmerkingen over bibliografische zaken (zucht).

Alles staat immers op internet?
Veel wel ja, maar lang niet alles, en zeker niet gratis en vindbaar. Wij hebben verschillende databases, online tijdschriften en een linkresolver, betalen daar al met al een smak geld voor en een groot deel van mijn tijd ben ik bezig met die aan de gang te houden en op elkaar af te stemmen.

Aan de lopende band verandert de plaats van elektronische collectie (URLs), het platform van de uitgever of de jaren waar je toegang toe hebt. Amerikaanse abonnementen moeten elk jaar vernieuwd en vaak moet dan ook de toegang weer opnieuw geregeld worden. Er is geen sprake van dat je een linkresolver koopt en dan klaar bent: die moet gevuld worden en vraagt veel onderhoud, wat nog aardig lastig is om te doen ook.
Maar al dit werk gebeurt achter de schermen: als alles goed gaat merkt niemand er wat van, en zou je kunnen denken dat het vanzelf gaat… En weer verdwijnt de bibliotheek een beetje meer uit beeld.

Programma’s en instructies
Te vaak worden programma’s aangekocht en keurig neergezet met de gedachte dat ‘men’ dat zelf wel uitvist hoe die werken. Nou dat valt nogal tegen: heel vaak moeten er administratief zaken worden ingericht, of mensen knoppencursussen gegeven worden. Programma’s als ReferenceManager of Endnote hebben bijna altijd een korte instructie nodig, en als je de andere databases efficiënt wil gebruiken moet ook daar in instructie voorzien worden.  Ik ken wel voorbeelden van gevallen waar men (een toegang tot) dure databases heeft gekocht, en die vervolgens netjes installeert en wacht tot de gebruikers vanzelf komen …. niet dus.

Gebruikers
Er zijn 3 soorten medewerkers / gebruikers te onderscheiden naar stadium van bibliotheek-bewustzijn:

  1. Niet gebruikers: die of niet lezen omdat ze er geen behoefte aan hebben en op persoonlijke netwerken drijven (managers bijv, maar onder de wetenschappers komen ze ook voor), of geheel selfsupporting zijn en alles zelf aanschaffen (in de wetenschap een minderheid).
  2. Onbewuste gebruikers: de mensen die vrolijk je systemen gebruiken zonder in de gaten te hebben dat ze dat kunnen doen omdat iemand dat heeft geregeld.
  3. Bewuste gebruikers: mensen die je systemen gebruiken en vaak tegen de grenzen aanlopen en om instructie/ondersteuning vragen, IBL opvragen en dergelijke.

Toekomst
Het werk als zodanig moet toch gedaan worden, dat is duidelijk. In organisaties waar de bibliotheek is afgeschaft zie je dezelfde taken opduiken bij het secretariaat, de ICT of de afdeling communicatie, al hebben ze het soms niet eens in de gaten: al heeft een roos een andere naam ….
Als wij het niet meer doen uit naam van de bibliotheek, en het voortaan verder onder de afdeling ‘Communicatie’ of ‘Ict’ zal vallen, of men een afdeling ‘Research informatie’ uit de grond stampt,  maakt misschien niet eens zoveel uit, maar ik zie het toch als een teloorgang van het vak als zodanig, en dat gaat me wel aan het hart.

Want dat de bibliotheek als zodanig niet kan overleven, lijkt haast wel zeker.

————-

(het moge duidelijk zijn dat ik dit volstrekt op persoonlijke titel schrijf)