Nenconnect is tool om klanten te bedienen.
De presentatie wordt -in razende vaart- gegeven door Edmund, niet door Titia.

Ze hebben onderzoek gedaan naar hoe men normen / NENCONNECT gebruikt of wil gebruiken.
Voor mNENCONNECT zijn er 45 gebruikers gemiddeld per organisatie.
Gemeenten, bouw, en elektrotechniek zijn de grootste gebruikers.

Papier wordt nog veel gebruikt, al heeft men digitaal systeem: men heeft ook de neiging om een norm uit te printen.
Meerderheid van de NENCONNECT abonnees gebruikt ook losse normen.

Je moet betalen voor metadata van externen bv DIN. Daarom zit er daar maar beperkt in.

Wensen die bij abonees leven zijn oa:

• Liever achteraf verfijnen dan veel moeten intikken vooraf.
• Toevoegen van eigen documenten aan het systeem
• Email attendering
• Los kopen
• Gebruiksvriendelijkheid.
• Niet iedereen wil alles meteen een geüpdatet hebben

Meeste gebruikers loggen in op IP adres.
Beheerder kan net als anderen zien dat er normaal zijn aangevraagd.

Hoe ga je met eigen documenten om?
Biedt je dat via links of biedt je de PDFs via het NEN systeem aan?

Anja Schuit. Documentdistributie voor 7000 commissieleden met de hulp van Livelink

(Anja is niet op Linkedin)

———————-

Livelink wordt voornamelijk door commissie leden gebruikt, nieuwe leden krijgen cursus.
Een commissie bestaat uit ca 15 mensen.

Livelinkis een documentbeheersysteem met een archief functie dat zorgt voor de verspreiding van documenten en zorgt dat ze beschikbaar en traceerbaar zijn en -eventueel- dat er versiebeheer is.
zo zijn ze gemakkelijk toegankelijk.
Archieffunctie voor een duur van  36 maanden: om de drie tot vijf jaar wordt een norm herzien.

Er is een deels aan te passen personal homepage met daarin ook de Voting Booths en events.
Je hebt zelf een eigen Workspace waar je documenten kunt aanpassen : maar die aanpassingen hebben geen effect op het origineel.
Bij NEN is niet gekozen om op deze manier aanpassingen centraal te verwerken.
De bedoeling is vnl om op een centrale plaats documenten aan commissieleden aan te bieden, geregeld door het secretariaat.

Het secretariaat bepaalt of er ergens een mening over gevraagd wordt: de stemming gaat dan via Livelink.
Via Voting Booths wordt stemadvies gevraagd, stemmen is zowel nationaal als internationaal.
Stemmen is vin principe openbaar : het secretariaat kan ervoor kiezen om dat zichtbaar te maken: open en transparant zijn is de doelstelling.
Er is een uiterste stemmingsdatum, dat wordt bewaakt door NEN.

Livelink kent ook fora: om discussie te bevorderen.
Ook hier wordt alles gearchiveerd.

Maatschappelijk verantwoord ondernemen. MVO (we krijgen ook fairtrade koffie en thee van Puro.)

Wie heeft uiteindelijk de doorslag bij de stemmingen?
Consensus is van belang! Dat bepaalt wat het gaat worden.

Frans Gooskens. NENNET. Project- en documentmanagement bij NEN met FRBR-logica en workflow

Frans is volgens zijn Linkedin profiel ook ‘promotie researcher at Tilburg University’ en daarnaast ‘de ocument manager at Netherlands Standardization Institute’ en we delen een groep: de Dutch Librarians and Information Specialists.

——————————

Frans is documentalist van opleiding.

Uitgevers willen documenten uitgeven, projectontwikkelaar willen aan projecten werken en deze afdeling zit daar tussenin.
Het beste is een ruisbestuiving tussen gebruikers, uitgevers en bibliothecarissen heeft voordelen : je hebt elkaar nodig.
Waarom Nennet?
Nennet is ontwikkeling  ism IFLA.

Er worden 5000 normen per jaar geproduceerd: 100 eigen normen, ca 80 vertalingen en de rest is allemaal internationaal.
Daarvoor heb je een systeem nodig dat het werkprogramma en het werkproces ondersteunt.
En dat export bestanden biedt voor interne en externe klanten.
Nennet maakt ook links tussen wetgeving, richtlijnen en normen.

(en toen maakte ik dit fotootje via de WordPress app, maar helaas is het schema op het scherm niet scherp 😉 )

Projecten worden in Nennet in combinatie met documenten er in opgeslagen.

Als een norm klaar is gaat hij via ESB naar Livelink en Nenconnect en de normshop.

Informatie moet stromen en dat systeem moet je begeleiden: er is sprake van een informatielogistiek.
Bedrijf heeft daar behoefte aan, op die manier voeg je wat toe en kom je vooraan in het bedrijfsproces in de plaats van achteraan wat vaak de plaats is van een documentatie afdeling. En dat is voor iedereen beter.

FRBR in een drie lagenmodel: projecten, documenten, en files in diverse formaten.
Een parent-child relatie.
Verschillende fases kunnen er van een project zijn: Open, frozen of future.
Dat heeft consequenties voor de synchronisatie.
In verschillende stadia kan er zo tegelijk gewerkt en gestopt worden met een project.
Zo komt er gemiddeld binnen drie jaar een norm uit.

In Nennet kunnen workflow opgezet worden, en het doel daarvan: ondersteunt processen en communicatie, rechtenbeheer, borging kwaliteit, gebruiksvriendelijkheid.

Hoe zit het nou met die normen?

Nen-Iso wil zeggen dat de Iso norm ook door NEN is aanvaard.
Europese normen moeten aanvaard worden door NEN, maar Iso normen niet en als ze dat niet doen is dat omdat ze vinden dat ze zelf een betere norm hebben.

Normen krijgen trefwoorden en die zijn gekoppeld aan de classificatie code. Er is een tweetalige thesaurus.
Elke norm krijgt verplichte (meestal 2 -3), en optionele (5-6), trefwoorden.
Nieuwe trefwoorden houden ze zelf bij.
Normontwikkelaars spreken andere taal dan klanten: hemelwater afvoerpijpen vs regenpijpen.
Vaak zijn de Nederlandse trefwoorden de enige nederlandse termen die er nog inzitten.

Nenconnect doorzoekt ook de gehele tekst van de normen zelf, niet alleen trefwoord.

Imposant.